Fase 3: Beleidsaanpassing

5. Omgevingsvisie

Omgevingsvisie

In de omgevingsvisie staat de langetermijnvisie van de overheid voor de gehele fysieke leefomgeving.

Zowel Rijk, provincies als gemeenten stellen ieder een Omgevingsvisie op. De visie omvat alle aspecten van de leefomgeving. De omgevingsvisie is dus integraal. Ze biedt daarmee een totaaloverzicht van de doelen en de hooflijnen van het beleid voor het fysieke domein van de verschillende overheden, waardoor ze inzichtelijker worden. Ook is het efficiƫnter, want je hoeft niet meer verschillende visies te schrijven en je voorkomt tegenstrijdigheden.

De uitvoering van de visie lees je in het omgevingsprogramma. En de juridische doorwerking voor de provincie in de omgevingsverordening.

In de omgevingsvisie bezie je alles wat de fysieke leefomgeving raakt in samenhang met elkaar. Omdat het beleid van de verschillende overheden elkaar kan overlappen, stemmen zij hun visies op elkaar af. Dit gaat uit van vertrouwen en het beginsel van behoorlijk bestuur; er is geen verplichting, om regeldruk te vermijden. Er is hier ook geen hiƫrarchie van overheden.

Bij beleidsaanpassing moet gekeken worden hoe die zich verhoudt tot de omgevingsvisie van de provincie. Door overleg tussen de overheden krijgen we een signaal wanneer beleid van een andere overheid aanleiding daartoe geeft.

Waterschappen hebben geen omgevingsvisie. De omgevingsvisie van het Rijk heet NOVI (Nationale Omgevingsvisie).